De witte beugel op de rug noem je een voltigesingel, dat is handig om je aan vast te houden. De singel zit met de bijzet vast aan het bit. Zo gaat het paard over zijn rug lopen en heeft hij een mooiere galop. Je hebt dan natuurlijk ook een dekje voor onder de beugel nodig. Vroeger hoefde je geen dekje.

Dit is een voltige zweep.

Het wordt gebruikt om het paard wat sneller te laten lopen. We slaan het paard er niet mee. Een zweep wordt ook gebruikt bij wedstrijden.

Dit is een longeerlijn.

Hij word vastgezet aan het bit die aan het hoofdstel vast zit. Een paard zit aan een longeerlijn vast om het rondjes te laten lopen. Dat is makkelijk voor de voltige, zo kan het paard makkelijk besturen.

Dit is een hoofdstel. De longeerlijn zit aan het hoofdstel vast. Zo kunnen we het paard makkelijk besturen. De bijzet zit aan het hoofdstel vast. Dat zorgt er voor dat het paard met een ronde hals gaat lopen.

Aan de linkerkant zie je een longueur. Een longueur staat in het midden van het rondje dat het paard loopt. De logueur heeft de longeerlijn vast. De longueur zorgt ervoor dat het paard netjes zijn rondje blijft lopen en in de goede gang.

Dit is een oefenton. Hier proberen we alle kunstjes uit voordat we het op het echte paard gaan doen. Dat doen we zodat we het paard geen pijn te hoeven doen.